Snel duidelijkheid over begroting 2022-2024
Het is zeer ambitieus en het moet ook heel snel gaan, de manier waarop we onze begrotingen voor de eerstkomende jaren aanpakken voor de gezondheidszorg. Dat blijkt uit de kick-off voor de aanpak die minister Vandenbroucke gaf op een virtuele meeting met alle stakeholders. Dit zal het echte startschot betekenen voor het beleid-Vandenbroucke, of zijn concrete beleidsverklaring.
De tijdslijn is alvast zeer strak. In de loop van maart worden drie taskforces samengesteld waarvoor de administrateur-generaal van het Riziv, Jo De Cock, de teugels in handen neemt. Het gaat om een taskforce gezondheidsdoelstellingen, een taskforce doelmatige zorg (rationeel voorschrijven van geneesmiddelen, klinische biologie en medische beeldvorming) en als laatste een taskforce dynamisch meerjarig budgettair kader.
Ter ondersteuning ziet een wetenschappelijk comité het licht, met voornamelijk academici en voorgezeten door prof. Schokkaert. Deze structuur wordt overkoepeld door een coördinerend comité of stuurgroep van 20 personen die als volgt verdeeld zijn:
Bij de publicatie van deze nieuwsbrief zijn de namen van die personen ondertussen wellicht bekend. De stuurgroep zal onder meer coördineren, maar ook rapporteren aan de algemene raad, het verzekeringscomité en de minister. Zo snel mogelijk komt een ‘tentatief tijdschema’ tot stand. Daarbij mikt minister Vandenbroucke alvast op 1 juli als echt startpunt, want dan moeten de eerste voorstellen binnenlopen
Drie assen
De accenten? Die liggen op drie assen. Toegankelijke zorg voor iedereen waarbij vooral aandacht gaat naar kwetsbare groepen; nabije zorg samen met de patiënt – met het accent op de eerste lijn, preventie en empowerment; netwerkzorg rond de patiënt – met de klemtoon op samenwerking, integratie en innovatie.
Wat dat laatste aspect betreft, denkt de minister aan vernieuwde financieringsmodellen: de huidige prestatiefinanciering botst volgens hem op haar limieten. De coronacrisis stelde dat zeer scherp. Het moet richting ‘gelaagd financieringsmodel’ gaan. Capitatiefinanciering, praktijkfinanciering, innovatiefinanciering en prestatiefinanciering vormen daar elk een stukje van. Maar ook samenwerkingsvormen dienen gehonoreerd te worden. Frank Vandenbroucke wil voorts gebundelde financiering van zorgverleners verkennen op basis van verwachte zorgkosten.
Tegelijk moeten deze hervormingen van het financieringssysteem sporen met andere, parallelle hervormingen zoals het farmapact, de hervorming van de ziekenhuisfinanciering en het -landschap, de herijking van de nomenclatuur en de versterking van de geestelijke gezondheidszorg.
Dit is een mededeling van de laboratoria MSD
Dit nummer werd mogelijk gemaakt dankzij de steun van MSD. De inhoud ervan weerspiegelt de opinie van de auteurs en niet noodzakelijk deze van MSD.